Informatie  Vieren  Zorg  Leren  Onderweg  Financiën  Plein v. Siena  Links

GESTERKT OP WEG
(Overweging bij Sacramentsdag, zondag 18 juni 2017)

Rond het jaar 150 beschrijft Justinus, de latere martelaar, een samenkomst van christenen:
"Op de achtste dag, de dag van de zon, komen allen bijeen op eenzelfde plaats. Er wordt gelezen uit de gedenkschriften van de apostelen of de geschriften van de profeten voor zover de tijd het toelaat. Wanneer de lektor de lezing beëindigd heeft, spreekt de voorganger een woord ter vermaning en aansporing om al dat goede in praktijk te brengen. Vervolgens staan wij allen op en spreken onze gebeden uit. Voor onszelf en voor allen die ergens anders zijn. Wij bidden dat wij waardig bevonden worden om de waarheid te leren kennen en er ook naar te leven. Nadat het gebed beëindigd is, groeten wij elkaar met een kus.
Dan wordt brood en wijn aangebracht. De voorganger brengt lof en eer aan de Vader, door de naam van de Zoon en de heilige Geest, en hij spreekt een langdurige dankzegging uit voor wat wij van Hem mochten ontvangen. Dan zegt het hele volk: Amen. En als het volk heeft ingestemd met de dankzegging, geven onze diakens aan alle aanwezigen van het brood en de wijn en het water. Zij brengen het ook aan de afwezigen."

Zo vieren christenen in de vroege kerk. Heel herkenbaar: zo gebeurt het nog altijd. De grote lijn is in alle christelijke liturgieën bewaard gebleven. Wij lezen de Schrift, wij proberen ons het Woord eigen te maken. Wij bidden voor onszelf en voor elkaar. Dan volgt de grote dankzegging en het breken van het brood en het delen van de beker.

Sacramentsdag stelt dat vieren zelf centraal.
Maar het “hoogfeest van het Heilig Sacrament van het Lichaam en Bloed van Christus” is ontstaan vanuit een heel bepaalde geloofsbeleving. Het teken zelf krijgt alle aandacht. Met bijzondere nadruk op de werkelijke aanwezigheid van de Heer. Eromheen ontstaan allerlei uitdrukkingsvormen van devotie.
Deze bijzondere eucharistische geloofsbeleving wordt onder woorden gebracht in veel klassieke teksten. Een korte samenvatting is bekend in de antifoon "O Sacrum":
"O heilig gastmaal, waarin Christus wordt genuttigd, de gedachtenis aan zijn lijden gevierd, de ziel met genade vervuld, en ons het onderpand van de toekomstige heerlijkheid wordt geschonken."
Zo blijft de geloofsbeleving lange tijd in stand. Velen van onze kerkbezoekers herkennen dit alles zeker nog van nabij.

Maar in de loop van de tijd verschuift de beleving. Er wordt meer nadruk gelegd op het gemeenschappelijke vieren zelf, minder op de verering van het teken. De gemeenschap verzamelt zich rond de tafel van de Heer. Er zijn allerlei taken en functies in de viering. Er wordt werkelijk met elkaar gebeden en gezongen. Er wordt samen brood gebroken en de beker gaat rond. Daarmee wordt sacramentsdag anders gevierd. Minder triomfantelijk en feestelijk, maar niet minder intens en betrokken.
Timothy Radcliff, oud-magister van de dominicanen, schreef naar aanleiding van een bezoek:
"Jullie in Nederland hebben een uitstekende liturgie, zorgvuldig voorbereid met echt gevoel voor vieren. Jullie hebt goede zang, echt gevoel voor gebaren en aktieve deelname. De eucharistie is het middelpunt van ons groeien in gemeenschap. Zij is niet het gezellige sacrament van gelijkgestemden, maar gave van gemeenschap, die sterker is dan onenigheid, verraad, of zelfs de dood. Daarom: vier eucharistie als het hart van onze groei in onderlinge gemeenschap. Het is het sacrament van eenheid, die uitgaat boven de grenzen van verdeeldheid, zonde en verraad."

p. A. Niesen o.p.

 terug